DuboCalc 5 is een rekenprogramma waarmee werken in de Grond- Weg- en Waterbouw (GWW) op een objectieve en gestandaardiseerde wijze kunnen worden beoordeeld op duurzaam materiaal- en energiegebruik. DuboCalc 5 is gebaseerd op de methodiek van levenscyclusanalyse (LCA). Hierdoor worden alle relevante milieueffecten van het materiaal- en energieverbruik gedurende de totale levensloop van een werk meegenomen.
DuboCalc 5 stelt de gebruiker in staat om werken te modelleren (in DuboCalc Projecten genoemd). Hierbij worden ontwerpgegevens ingevoerd voor bouw, gebruik, onderhoud en einde levensduur van het werk (in DuboCalc LCA fasen genoemd).
Mocht u vragen hebben dan kunt u contact opnemen met:
DuboCalc versie 5.0 is web-based en kan gestart worden in een internetbrowser (Chrome, FireFox, Edge, Internet Explorer) via de volgende URL: https://app.dubocalc.nl
Na invoeren van de gebruikersnaam met uw persoonlijke wachtwoord wordt het volgende Startscherm getoond.
Middels een herkenbare menu structuur en een werkbalk kunnen de functies van DuboCalc 5 worden bediend.
DuboCalc 5 bestaat uit 2 onderdelen:
Project: voor het modelleren van GWW-werken
In het Project kan een Werk (in DuboCalc Project genoemd) worden samengesteld (gemodelleerd). Bovendien kunnen van een Project en van elk onderdeel daarvan de milieueffecten (Milieu Kosten Indicator) worden berekend en geanalyseerd.
De belangrijkste vensters in het Project:
Het scherm van DuboCalc 5 bestaat uit een Projectverkenner, het Onderbouwingsvenster en de Onderliggende objectentabel.
Een verkenner is een venster waarin Objecten kunnen worden geselecteerd en aangepast, vergelijkbaar met de Windows Verkenner.
DuboCalc Bibliotheek versie: database met gestandaardiseerde Items
Een DuboCalc Bibliotheekversie is een database met standaard Items. Een DuboCalc Bibliotheekversie bevat gevalideerde data met betrekking tot de milieueffecten van Items (samengesteld uit Materialen en Processen).
De Items kunnen worden gekopieerd (of gesleepd) naar een Project. De DuboCalc Bibliotheek wordt periodiek geactualiseerd, vandaar dat in deze handleiding wordt gesproken over een versie. In een Project kan de geselecteerde Bilbiotheekversie aangepast worden.
Alleen geregistreerde gebruikers die een abonnement voor het gebruik van DuboCalc hebben aangeschaft hebben toegang tot de applicatie.
Zij kunnen inloggen middels een eigen gebruikersnaam en wachtwoord.
Na Log in wordt het persoonlijke startscherm van de ingelogde gebruiker getoond.
Na inloggen wordt het persoonlijke startscherm getoond. Het startscherm toont alle projecten waar de ingelogde gebruiker toegang toe heeft.
De gebruiker kan een geselecteerd project (regel is blauw) met de functies uit de werkbalk:
Verder kunnen nieuwe projecten worden aangemaakt of DuboCalc 4 worden geïmporteerd (*.pdc bestanden).
Met de Nieuw project knop wordt het invoervenster voor de details van het nieuwe project getoond.
De gebruiker wordt gevraagd volgende data in te voeren:
Met opslaan wordt het project aangemaakt en is het beschikbaar in de lijst met projecten.
Met de Importeer knop wordt het invoervenster voor het importeren van een bestaand project getoond.
De gebruiker wordt gevraagd met de Browse knop een *.pdc bestand van DuboCalc 4 te selecteren.
Kies Volgende en selecteer de versie van de Bibliotheek data die toegepast moet worden voor dit project.
Klik Importeren om de import te voltooien en het project aan te maken. Zodra de import klaar is wordt dit bevestigd met het volgende scherm.
Projecten kunnen worden gedeeld met collega's binnen hetzelfde bedrijf.
Hiervoor moet de eigenaar van een project een uitnodiging sturen naar zijn collega middels de knop Gebruiker uitnodigen
Er wordt een lijst getoond met alle beschikbare gebruikers binnen de organisatie.
Door gebruikers te selecteren ontvangen deze een email bericht ter notificatie. Collega's kunnen ook als eigenaar worden uitgenodigd. Dit biedt ze de mogelijkheid ook gebruikers uit te nodigen en om het project te verwijderen.
Modelleren is het samenstellen van een GWW-werk uit Objecten
Een Gebruiker kan in het Project elk gewenst GWW-werk samenstellen uit de Objecten die beschikbaar zijn in de DuboCalc Bibliotheekversie.
Vaststellen of verkrijgen Scope van het Werk
Om een goede analyse van de milieueffecten uit te kunnen voeren is het belangrijk dat de juiste informatie wordt ingevoerd. De zogenaamde scope van de DuboCalc-berekening dient hiervoor vastgesteld of verkregen te worden.
Verzamelen invoergegevens
Voordat kan worden gemodelleerd, moetende relevante invoergegevens voor het project achterhaald worden. Deze gegevens zijn afhankelijk van de Scope van het Werk of het model dat de gebruiker wil modelleren. Benodigde gegevens zijn bijvoorbeeld uit de materiaalstaat bij de projectraming te halen, zoals:
Modelleren met 3 verschillende Objecten
Voor het samenstellen van een Project zijn verschillende typen Objecten beschikbaar:
Varianten zijn de verschillende uitvoeringsvormen of alternatieven van een Project, waarvan de Gebruiker de milieueffecten met elkaar wil vergelijken.
Elementen zijn de onderdelen van een Variant. Met Elementen kan de samenstelling van een Project worden gestructureerd.
Items zijn Objecten die zijn samengesteld uit Materialen en Processen. Items bevatten o.a. informatie over levensduur, aanlegscenario en afvalscenario.
In een DuboCalc Bibliotheek versie zijn Items opgenomen waarin de verschillende LCA fasen zijn onderbouwd.
Selecteren Items vanuit een DuboCalc Bibliotheek versie
Items uit een Bibliotheek versie kunnen op twee manieren toegevoegd worden aan de DuboCalc Bibliotheek:
Zoeken bibliotheek is beschikbaar via de knop in de rechterbovenhoek. De gevonden items kunnen vanuit de bilbiotheekverkenner naar Project worden gesleept (of gekopieerd via de knop Kopiëren).
Geavanceerd zoeken is beschikbaar onder de knop Zoeken bibliotheek. Hiermee wordt de Bibliotheek versie getoond. Door te bladeren door de RAW categorisering kunnen items worden gevonden en naar een Project worden gesleept (of gekopieerd).
Eindresulaat: milieueffecten van het Werk
In Stap 1 t/m 3 wordt het modelleren in DuboCalc stapsgewijs toegelicht. Als resultaat wordt in het Eigenschappenvenster de Milieu Kosten Indicator (MKI) en de bijdrage die het Object levert aan de MKI van de betreffende Variant getoond. Door het uitvoeren van analyses met DuboCalc kan worden bekeken welke onderdelen van een Werk die binnen elke fase de meeste invloed hebben op de milieueffecten.
Een van de belangrijkste eigenschappen die gecontroleerd moeten worden is de opgegeven levensduur van het project.
In de Project Verkenner wordt een Werk (in DuboCalc Project genoemd) samengesteld (gemodelleerd). De structuur van een Project wordt opgebouwd door allereerst een Variant aan te maken: een mogelijke uitvoeringsvorm van het Werk.
Dit wordt gedaan door (met de cursor staande op het project):
Rechtermuisknop, Toevoegen, Variant of de knop Nieuw
Een nieuwe Variant heeft als eigenschappen een eenheid, hoeveelheid en levensduur (zie scherm Eigenschappen). Voor iedere alternatieve uitvoeringsvorm van het werk dient een aparte variant aangemaakt te worden. Een Variant wordt onderverdeeld in de hoofdonderdelen van het werk, die in DuboCalc Elementen worden genoemd. Dit wordt gedaan door (met de cursor staande op de variant):
Rechtermuisknop, Toevoegen, Element of de knop Nieuw
Het is mogelijk een fijnere onderverdeling te maken met een nieuwe laag van Elementen. Via Bewerken kunnen de benamingen van elementen en varianten worden aangepast.
Na invoer van de structuur van het Project wordt deze verder ingevuld met de Items die tijdens de Bouw nodig zijn. Deze informatie is bijvoorbeeld afkomstig van een kostencalculatie. De Items bevatten standaard al informatie over de fasen in de levenscyclus. Deze informatie wordt zichtbaar in het Onderbouwingsvenster zodra het Item is geselecteerd in de Project Verkenner.
Items kunnen middels het zoekscherm naar de Projectverkenner van het Project worden gesleept of gekopieerd. De zoekresultaten worden in het uitklappend zoekscherm over het Hoofdscherm getoond.
Indien er bij de aanleg van het werk eerst bestaande constructies moeten worden verwijderd kunnen Items worden aangemerkt als Vrijkomend materiaal in het Onderbouwingsvenster. Als een Item als Vrijkomend materiaal wordt aangemerkt zullen door DuboCalc alleen de milieueffecten worden berekend van de einde levensduur fase inclusief de afvalverwerking van dat item. Deze mogelijkheid kan dus gebruikt worden als er tijdens de bouw materialen vrijkomen die afgevoerd moeten worden.
Vul voor elk Item in ieder geval de Eenheid en de Hoeveelheid in via het Onderbouwingsvenster of direct in de Onderliggende objecten tabel .
Het is altijd mogelijk om een stap terug te gaan en de structuur van het Project aan te passen.
Gebruiksfase
In het algemeen worden items default toegevoegd in de Bouwfase van een Element of Variant. Het is mogelijk om energieverbruik te definiëren met energie-items. Deze items worden default in de Gebruiksfase geplaatst maar kunnen ook in de Bouwfase worden toegepast (bijvoorbeeld verlichting van het Werk tijdens de Bouwfase).
Dit wordt gedaan door een andere fase te selecteren in de Drop down lijst van het betreffende Item.
Vervolgens dienen voor alle Items de bewerkbare Eigenschappen te worden aangepast in het Onderbouwingsvenster. Afhankelijk van het type Item dat is toegevoegd zijn verschillende eigenschappen beschikbaar om aan te passen. De volgende typen items zijn beschikbaar:
Een wijzigbare eigenschap is duidelijk te herkennen door de gele achtergrondkleur van de eigenschap.
Onderhouds- en Einde Levensduurfase
De gebruiker vult de fasen Onderhoud en Einde Levensduur niet in.
DuboCalc berekent automatisch de vervanging van items met een levensduur die korter is dan de projectlevensduur. Dit soort onderhoud hoeft niet apart te worden ingevoerd. Daarnaast zijn voor alle Items afvalscenario's en sloopprocessen opgenomen op basis waarvan de DuboCalc automatisch de milieueffecten van de Einde Levensduur fase berekent.
Bij het toevoegen van de Objecten in het Werk en het controleren en aanpassen van de eigenschappen wordt de Milieu Kosten Indicator direct berekend.
De berekeningsresultaten van verschillende varianten kunnen worden geanalyseerd door het uitvoeren van Vergelijking varianten. Dit wordt gedaan op het Dashboard:
De variant met de laagste MKI is de uitvoeringsvorm van het Werk die het minst milieubelastend is.
Door het aanvinken van Uitsplitsen naar object bijdrage kan worden bekeken welke objecten binnen de geselecteerde variant de grootste bijdrage leveren aan de MKI. Door na te gaan of er voor deze objecten alternatieve (milieuvriendelijkere) bouwstoffen of processen mogelijk zijn kan de MKI van de variant omlaag worden gebracht.
Het is aan te raden om de meest bepalende Objecten en fasen in het Project nogmaals na te lopen en de informatie zo mogelijk te verfijnen. Het is altijd mogelijk om stappen terug te gaan en de structuur van het Project aan te passen, Objecten toe te voegen of fase informatie te wijzigen. Ook de zwaartepunten analyse kan helpen om inzichtelijk te maken welke objecten het meeste aan de MKI van de Variant bijdragen.
In een Project worden GWW-Werken gemodelleerd en kunnen vervolgens de milieueffecten worden geanalyseerd.
Opbouw
De Projectverkenner bevindt zich standaard aan de linkerzijde van het bureaublad. Het Eigenschappenvenster staat rechtsboven in het scherm met daaronder de Onderliggende objectentabel van het geselecteerde object.
Verder is er een onderaan het scherm een grafische weergave van de verdeling van de MKI verdeeld naar fase of onderliggend object.
Werking
Een Gebruiker kan alle mogelijke handelingen (inzien, wijzigen, kopiëren, aanmaken) uitvoeren met Objecten, om een Werk te modelleren.
In het Eigenschappenvenster (Items) en de Projectverkenner (Items en Elementen) kunnen Objecten worden toegevoegd, gebruikmakend van de Werkbalk en Drag and Drop.
Helemaal rechtsonder in het hoofdscherm wordt middels een cirkel diagram de procentuele verdeling van de MKI per fase van de selectie in de Projectverkenner getoond.
Op een tweede tab is een procentuele verdeling van MKI van de onderliggende objecten beschikbaar.
Zoeken
Middels Zoeken kan de Gebruiker Items in de actieve DuboCalc Bibliotheek versie. De gevonden Items worden weergegeven in het scherm zoekresultaten.
Zoeken is altijd beschikbaar aan de rechterkant van het Project scherm. De gebruiker kan in het invoervak tekst invoeren waar op gezocht moet worden.
Het resultaat wordt vervolgens op volgorde van relevantie getoond in het zoekresultaten scherm.
De sortering op relevantie kom als volgt tot stand:
Geavanceerd Zoeken
Middels Geavanceerd zoeken wordt de actieve DuboCalc Bibliotheek in het zoekscherm getoond.
De gebruiker kan gebruikmakend van de verkenner middels de RAW systematiek door de actieve Bibliotheek versie bladeren en van hieruit Items aan het Project toevoegen.
Zoekresultaat
Het resultaat van een zoekactie wordt op volgorde van relevantie getoond in het zoekresultaten scherm.
De sortering op relevantie kom als volgt tot stand:
Zoekresultaat geavanceerd zoeken
De gebruiker kan gebruikmakend van de verkenner middels de RAW systematiek door de actieve Bibliotheek versie bladeren en van hieruit Items aan het Project toevoegen.
Om het zoekscherm weer te sluiten kan de X aan de rechterkant van het zoekresultatenscherm worden gebruikt.
DuboCalc 5 biedt een viertal standaard rapporten om de projectinformatie te exporteren, te bereiken via de rapport knop uiterst rechtsboven in het scherm.
De rapporten kunnen in PDF of Microsoft Word formaat worden opgevraagd en verschijnen als een download in de browser.
De Dashboard kan worden geopend met de volgende knop linksboven in het scherm
Het dashboard biedt de volgende analyses:
Voor al deze analyses is exportfunctionaliteit naar Microsoft Excel beschikbaar.
Vergelijking varianten
Met de functie Vergelijking Varianten worden de MKI's van de Varianten in een Project vergeleken. Dit is de eenvoudigste manier om de milieubelasting van ontwerpvarianten van een Werk te vergelijken.
Opbouw
Het scherm Vergelijking Varianten voor Vergelijking Varianten bestaat uit drie onderdelen:
Werking
Alle Varianten worden getoond. De gebruiker kan selecteren welke Varianten er in de grafiek getoond worden door in de legenda een een variant aan en uit te klikken. Met het checkbox Uitsplitsen worden ook de onderliggende elementen van de varianten getoond.
In de Grafische presentatie worden de berekeningsresultaten weergegeven als een staafdiagram. Indien er meerdere Varianten zijn geselecteerd en er is gekozen voor Uitsplitsen naar objecten, dan zijn deze als tabbladen gerangschikt. De staafdiagram zijn in dit geval opgedeeld naar de onderliggende objecten.
In het onderste scherm Data Presentatie worden de berekeningsresultaten in tabelvorm (getalsmatig) weergegeven.
Procentuele bijdrage
Met de analyse Procentuele Bijdrage wordt de MKI van een geselecteerd Object en alle onderliggende Objecten weergegeven. Hiermee kan een snelle indruk worden gekregen van de Objecten die het meeste bijdragen aan de milieubelasting.
Opbouw
Het scherm voor Procentuele Bijdrage bestaat uit twee onderdelen:
Werking
De grafiek toont het hoogste niveau van het project. Door op een onderdeel te klikken verplaatst dit naar het midden van de grafiek en worden er onderliggende niveaus van dat object getoond. Het percentage toont de bijdrage aan het bovenliggende object. De gebruiker kan de oriëntatie van de grafiek veranderen. Middels Exporteren grafiek kan een afbeelding van de grafiek worden opgeslagen.
Totaaloverzicht
De analyse Totaal Overzicht geeft een overzicht van de bijdrage van alle Objecten aan de milieubelasting van een Variant. Hierdoor kan snel worden bekeken wat de meest bepalende factoren zijn voor de milieubelasting van een Werk.
Opbouw
Het scherm voor Totaal Overzicht bestaat uit alleen uit een hiërarchisch grid met het volledige project.
Werking
In het scherm hiërarchisch grid met totaal overzicht zijn de Varianten zichtbaar. Per Variant kunnen de onderliggende Objecten worden uitgeklapt, waarna een tabel met boomstructuur zichtbaar wordt. Per Object in deze boomstructuur is de bijdrage aan de milieubelasting van de Variant zichtbaar (uitgedrukt als percentage van de MKI).
Met de functie Zwaartepunten kunnen verschillende Zwaartepunten analyses voor een geselecteerd Object binnen een Project weergegeven.
De zwaartepunten analyse kan worden geopend met de volgende knop linksboven in het scherm:
Een Zwaartepunten analyse laat de verdeling van de milieubelasting zien, bijvoorbeeld per fase in de levenscyclus of per object binnen een fase. Hierdoor kan snel worden bekeken wat de meest bepalende factoren zijn voor de milieubelasting van een Werk.
Opbouw
Het scherm Zwaartepunten analyse bestaat uit vier onderdelen:
Werking
In de Projectverkenner selecteert de gebruiker het Object dat geanalyseerd dient te worden.
Vervolgens kan een type Zwaartepunten analyse worden geselecteerd en tenslotte moet worden gekozen voor een analyse naar één of meer Milieueffecten of naar een type Milieu kengetallen.
Er zijn verschillende Zwaartepunten analyses mogelijk:
In de Grafische presentatie worden de berekeningsresultaten bijvoorbeeld weergegeven als een cirkeldiagram. In het scherm Data presentatie worden de berekeningsresultaten in tabelvorm (getalsmatig) weergegeven.
In de Projectverkenner wordt de structuur van een Project (te modelleren Werk) aangepast en getoond, met een onderverdeling in Varianten, Elementen en Items.
Opbouw
De Projectverkenner wordt standaard aan de linkerzijde van het scherm geopend bij het laden van een Project. De Projectverkenner toont altijd het actieve Project, waarvan standaard alleen de Varianten zichtbaar zijn. Door dubbel aanklikken van een Variant of het pijltje er voor, worden de onderliggende Elementen en Items zichtbaar. Onderliggende Materialen en processen worden niet in de Projectverkenner, maar in de Onderliggende objecten tabel weergegeven.
Werking
In de Project Verkenner kunnen Varianten, Elementen en Items worden toegevoegd, gewijzigd en verwijderd. De functionaliteit hiervoor is beschikbaar via de werkbalk boven de Projectverkenner of via de rechtermuisknop in de Project verkenner.
In de Werkbalk zijn de volgende functies (van links naar rechts) beschikbaar:
Een aantal van de functies zijn ook via het rechtermuisknop menu beschikbaar:
Via de Projectverkenner kunnen de eigenschappen van een Project worden gewijzigd. Het verwijderen van een Project is alleen mogelijk vanuit het Startscherm.
Een Variant is een Structuuronderdeel dat één of meer Elementen bevat. Varianten worden gebruikt om verschillend ontwerpvarianten voor hetzelfde project te berekenen.
Het zijn dus specifieke uitvoeringsvorm van een Werk.
Werking
Een nieuwe Variant kan worden aangemaakt in de Projectverkenner of worden gekopieerd uit de Project verkenner.
Een Element is een Structuuronderdeel dat Items en/of andere (sub) Elementen bevat.
Elementen zijn bedoeld om structuur aan te brengen bij het modelleren van een Werk. Een Element maakt deel uit van een Variant of van een ander Element.
Werking
Een nieuw Element kan worden aangemaakt in de Projectverkenner of worden gekopieerd vanuit het huidige Project. In de Onderliggende objecten tabel is te zien welke Items en onderliggende Elementen het in de Projectverkenner geselecteerde Element bevat.
Als de structuur van het Project is bepaald, dan kan deze worden ingevuld met Items die tijdens de Bouw nodig zijn. Deze informatie kan bijvoorbeeld afkomstig zijn van een kostencalculatie. Items bevatten standaard informatie over de fasen in de levenscyclus. Deze informatie wordt zichtbaar in het Eigenschappenvenster zodra het Item is geselecteerd in de Projectverkenner.
Items kunnen vanuit het zoekresultaat naar een Project worden gesleept of gekopieerd.
Dit zoekresultaat is zichtbaar na een zoekactie via Zoeken of Geavanceerd zoeken. De zoekresultaten worden getoond in een in- en uitschuivend scherm over het Project en de resultaten hierin kunnen ook weer naar de gewenste plaats worden gesleept of gekopieerd.
De gebruiker vult voor elk Item in ieder geval de Eenheid en de Hoeveelheid in binnen het Eigenschappenvenster.
De volgende typen items zijn beschikbaar:
Het Eigenschappenvenster toont de eigenschappen van een Object dat is geselecteerd in de Projectverkenner. Een groot deel van de eigenschappen heeft een standaard invulling en kunnen niet worden aangepast. Indien eigenschappen wijzigbaar zijn hebben ze een licht gele achtergrondkleur.
NB: Eigenschappen van een onderliggend Materiaal of Proces waaronder ook de milieueffecten, worden getoond in de Onderliggende objecten tabel. Door de betreffende regel in de tabel uit te klappen worden al deze eigenschappen zichtbaar.
Opbouw
Het Eigenschappenvenster scherm bestaat uit de volgende onderdelen:
Het toont alle eigenschappen van het geselecteerde object zien. Dit kan zijn:
Algemeen
Eigenschappen zijn wel of niet zichtbaar afhankelijk van het type object en de fase waarin een object is geplaatst. Ze worden gegroepeerd getoond. Voor Materialen en Processen wijkt de invulling van het scherm iets af. Naast de eerder genoemde twee categorieën hebben deze namelijk ook nog de categorie Milieueffecten.
Transport
Onder transport wordt de default transportafstand van het item getoond. Voor transportitems kan hier de daadwerkelijke transportafstand worden ingevoerd.
MKI waardes
Onder de categorie MKI waardes worden alle berekende MKI's getoond.
Omschrijving
De omschrijving toont de toelichtende tekst bij een Item. Deze eigenschap is niet beschikbaar voor Elementen en Varianten.
Opbouw en werking
Onder Algemeen zijn de volgende eigenschappen zichtbaar. Voor elke eigenschap is aangegeven bij welk object het van toepassing is.
Opbouw en werking
Binnen het onderdeel Transportafstand zijn de volgende eigenschappen zichtbaar. Voor elke eigenschap is aangegeven bij welk object het van toepassing is.
Bij MKI Waardes in het Eigenschappenvenster worden alle berekeningsresultaten voor het geselecteerde object getoond. Alle eigenschappen in deze categorie zijn NIET wijzigbaar en worden automatisch door DuboCalc berekend.
Opbouw en werking
Binnen het onderdeel MKI Waardes zijn de volgende eigenschappen zichtbaar.
De totale MKI is altijd een optelling van:
Bouw MKI + Gebruik MKI + Onderhoud MKI + Einde Levensduur MKI + MKI Toeslag of MKI onderliggende objecten + MKI afvalscenario + MKI Toeslag
Voor de berekening van de MKI voor de Bouw zijn de volgende factoren van belang:
Onderliggende objecten
De MKI's van de onderliggende objecten voorzover deze aangebracht worden in de Bouw fase van het Werk.
Afvalscenario
Dit is het Afvalscenario voor Bouwafval en Uitval. Het heeft altijd een standaardinvulling die op deze plek NIET kan worden gewijzigd.
BouwAfvalPercentage
Bouwafval is het gedeelte van Items dat tijdens de bouwfase functioneel wordt gebruikt, zoals een hulpconstructie. Dit wordt via het Afvalscenario voor Bouwafval en -uitval verwerkt.
Bouwafval moet worden opgegeven als percentage van de eenheid van het betreffende object. Het maximum is 100%, wat wil zeggen dat de (hulp)constructie tijdens de bouwfase geheel wordt gesloopt.
Uitval
Uitval is het gedeelte van Items dat wel wordt aangevoerd, maar niet functioneel kan worden gebruikt. Het gaat bijvoorbeeld om materiaal dat tijdens bouw kapot gaat of over blijft. Dit wordt via het Afvalscenario voor Bouwafval en –uitval verwerkt.
Uitval moet worden opgegeven als percentage van de eenheid van het betreffende object.
Voor de berekening van de MKI voor de Gebruiksfase zijn de volgende factoren van belang:
Items toegevoegd aan de Gebruiksfase
Energie Items kunnen worden toegekend aan de gebruiksfase om het energieverbruik van het Werk op te nemen in de berekening.
Onderliggende objecten
De MKI's van onderliggende materialen en processen voor zover deze toegepast worden in de Gebruik fase van het Werk.
Voor de berekening van de MKI voor de Onderhoudsfase zijn de volgende factoren van belang:
Onderliggende objecten
De MKI's van onderliggende materialen en processen voorzover deze toegepast worden in de Onderhoudsfase van het Item.
Vervangingen op basis van de Levensduur
Het aantal vervangingen van een Item of Element, is het aantal keren dat deze tijdens de levensduur van het Werk dient te worden vervangen.
Levensduur versus Actuele Levensduur
Als de Levensduur groter is dan de Actuele Levensduur van het bovenliggende Object, dan is het aantal vervangingen 0. De Actuele Levensduur van het Object wordt dan gelijk aan die van het bovenliggende Object. Als de Levensduur van het bovenliggende Object kleiner is dan de Actuele Levensduur van het Object, dan is het aantal vervangingen een breuk, namelijk: Actuele Levensduur bovenliggende Object / Levensduur Object – 1. De Actuele Levensduur van het Object wordt dan gelijk aan de Levensduur van het Object.
Voor de berekening wordt de MKI van de onderliggende Materialen en Processen in de Bouw, Onderhoud en Einde Levensduur fase vermenigvuldigd met het berekende aantal vervangingen. Materialen en Processen in de Gebruiksfase worden altijd toegekend aan de gebruiksfase de bovenliggende objecten.
Voor de berekening van de MKI van de Einde Levensduur fase zijn de volgende factoren van belang:
AfvalScenario - EindeLevensduur en Materiaaltype
De combinatie van deze twee factoren bepaalt hoe een item aan het einde van zijn levensduur verwerkt wordt. De processen die aan de verschillende manieren van verwerking binnen een afvalscenario zijn toegekend, bepalen de MKI
MKI Onderliggende objecten
De MKI's van onderliggende materialen en processen voor zover deze toegepast worden in de Einde Levensduurfase van het Item.
Om de kwaliteit van de gegevens inzichtelijk te maken wordt voor items een categorisering toegepast. Op basis van de betrouwbaarheid en de uitgevoerde validaties wordt een categorie toegewezen (1 t/m 3) in de DuboCalcBibliotheek. Afhankelijk van de toegewezen categorie wordt in de MKI berekening een opslag percentage toegepast.
In de Onderliggende objecten tabel wordt van een geselecteerde Variant, Element of Item in de Projectverkenner de onderliggende objecten getoond.
De belangrijkste eigenschappen (hoeveelheid, eenheid, levensduur, vrijkomend materiaal) kunnen tevens in de Onderliggende Objecten tabel worden aangepast.
Werking
De Onderliggende objecten tabel bevindt zich standaard rechtsonder in het scherm. Het toont de eigenschappen van alle onderliggende objecten. Hoeveelheden en Vrijkomend materiaal zijn direct in het grid aan te passen.
Voor meer detailinformatie van een object kan elke regel worden opengeklapt.
Alle aan een project toegevoegde Items (uitgezonderd Energie items) krijgen standaard de Bouw fase en hebben zodoende betrekking op de totstandkoming van een Werk (de fysieke samenstelling van het Werk en het bouwproces). Een specifiek kenmerk voor Items in deze fase is Vrijkomend materiaal.
Nadere toelichting Vrijkomend Materiaal
Items kunnen worden aangemerkt als Vrijkomend Materiaal als er bij sloopwerkzaamheden op de bouwplaats bepaalde Items eerst verwijderd moeten worden. Dit is alleen nodig als men onderhouds- of reconstructiewerkzaamheden modelleert.
Normaal Bouwafval is reeds in het Item gedefinieerd en wordt in het Eigenschappenvenster getoond door middel van de parameter Bouwafval Percentage.
In de fase Gebruik van DuboCalc Project worden alleen activiteiten gemodelleerd die betrekking hebben op het verbruik van energie gedurende de levensduur van het project (bijvoorbeeld energie voor de verlichting van een tunnel).
De gebruiksfase is alleen van toepassing voor Items van het type Energie-item. Dit type item wordt standaard aan de gebruiksfase toegewezen wanneer het in een project wordt toegepast.
Werking
Bij elk Item in de fase Gebruik moet bij de hoeveelheid de totale hoeveelheid gedurende de gebruiksperiode worden ingevoerd.
In DuboCalc 5 worden geen items toegevoegd aan de onderhoudsfase. Alleen de milieueffecten van Materialen en Processen die in de Onderhoudsfase van een item zijn geplaatst als onderhoudsregime op dit Item, worden aan deze fase toegekend. Naast de milieueffecten van deze Materialen en Processen worden ook de vervangingen voor het in standhouden van een werk (bijvoorbeeld vervanging van de toplaag van een weg) meegenomen in de Onderhoudsfase bij het berekenen van de MKI.
De fase Onderhoud is dus onderverdeeld in:
Nadere toelichting Vervanging van Items
Het aantal vervangingen wordt automatisch bepaald op basis van de levensduur van het Item en die van het bovenliggende Element of Variant. Objecten die langer meegaan dan het bovenliggende object volgen de levensduur van het bovenliggende object.
Onderhoudsregime
Selectie van Materialen en/of Processen die worden gebruikt tijdens de instandhouding van een werk. Het gaat hier om (klein) onderhoud en niet om vervangingen.
In DuboCalc 5 worden geen items toegevoegd aan de Einde Levensduur fase in de Onderliggende objecten tabel. In de fase Einde Levensduur binnen de Onderliggende objecten tabel worden alle Materialen en Processen onder een item getoond, die betrekking hebben op de sloop en recycling van een werk. Deze Materialen worden standaard verwerkt met het Afvalscenario - Einde Levensduur van het item.